Kamp Amersfoort is vandaag in bezit gekomen van de portemonnee van een gefusilleerd oorlogsslachtoffer. Het kleinood werd overhandigd tijdens de herdenking van zijn executie, 75 jaar geleden.
Hendrik Anthonie Marchal uit Driebergen werd op 24-jarige leeftijd door de Duitsers gefusilleerd op de Leusderheide, nabij Kamp Amersfoort. Na de oorlog werd zijn graf ontdekt. Aan de hand van zijn portefeuille, die in de kuil bij zijn stoffelijk overschot werd gevonden, kon Marchal worden geïdentificeerd.
Zijn broer overhandigde het kleinood tijdens een herdenkingsplechtigheid aan Willemien Meershoek, directeur van Kamp Amersfoort. Het herinneringscentrum kreeg ook het originele plakkaat, waarop de bezetter de executie van Marchal en drie andere jongemannen uit Driebergen bekendmaakte. De vier hadden na Dolle Dinsdag, denkend dat Nederland bijna bevrijd was, het huis van een NSB-er geplunderd. Om die reden werden ze door de nazi’s terechtgesteld.
Kamp Amersfoort herdacht vandaag in totaal 32 mannen die 75 jaar geleden, in de zomer van 1944, werden gefusilleerd. In de directe omgeving van het kamp, waarin tijdens de Tweede Wereldoorlog meer dan 35.000 Nederlanders gevangen zaten, werden meer dan 350 mensen doodgeschoten door de bezetter. Dat maakt de directe omgeving van Kamp Amersfoort de grootste executieplek van Nederland.
De executieplekken bevinden zich op de Leusderheide, militair oefenterrein en dus verboden gebied. Kamp Amersfoort heeft toestemming gekregen van het ministerie van defensie om de familieleden naar de massagraven van destijds te brengen. De graven zijn na de oorlog gevonden en geruimd, de slachtoffers elders begraven of gecremeerd. Op de executieplekken is nu niet meer dan een kuil.
Lees hier de toespraken van de herdenking.