Eva Hamburger-Kalker en zes van haar kinderen

Minderjarigen in Kamp Amersfoort

In Kamp Amersfoort hebben vele minderjarigen opgesloten gezeten. Hun aantal beperkt zich tot schattingen omdat van veel gevangenen geen datum van binnenkomst bekend is, zodat niet altijd gezegd kan worden of zij op dat moment nog minderjarig waren; overigens, tijdens de Tweede Wereldoorlog was men bij wet pas op 21-jarige leeftijd volwassen. Tevens is het van belang te weten dat van de 47.000 gevangenen momenteel van 36.305 de naam en toenaam bekend zijn. Dus met die disclaimers in gedachten hebben er ongeveer 4300 personen jonger dan 21 jaar gevangen gezeten en ongeveer 600 jonger dan 18 jaar.

Joodse kinderen

Katholieke Joden

De jongste kinderen maakten bijna allemaal deel uit van Joodse gezinnen die in twee groepen werden opgesloten. Op 2 augustus 1942 werden ruim 200 katholieke Joden opgesloten in Kamp Amersfoort. Dat was een represaille voor het op 26 juli voorlezen van een protestbrief tegen de Jodenvervolging vanaf de kansels van tien van de elf Nederlandse Christelijke geloofsgemeenschappen. Sommige moeders hadden meerdere kinderen bij zich, zoals Helena Grünsfeld-Berkelouw (gevangene nummer 3165) met drie kinderen, Piroska Schupper-Hirsch (# 3097) met drie kinderen – waarvan twee babies – en Eva Hamburger-Kalker (# 3048) met vier. Op de foto (Collectie Gé Vaartjes, Boskoop) is Eva Hamburger-Kalker met zes van haar kinderen vóór de oorlog te zien.

Transport uit Westerbork

Op 17 mei 1943 arriveerden 573 Joden uit Kamp Westerbork, waarvan er twee stierven (waarvan één kind, Bertha de Paauw) en één werd geboren in Kamp Amersfoort. Deze Joden waren in twee aparte barakken in Kamp Westerbork geplaatst en moesten tijdelijk plaats maken voor een groot transport uit Amsterdam. Het betrof allemaal Joden die nog in onderzoek waren naar hun tweede nationaliteit. Zeven van hen waren pas zes jaar oud, vier waren vijf jaar, veertien waren vier, vier waren drie, vijf waren twee en zeven één jaar of jonger. Van die allerjongsten werden Philip Millikowski (# 310) en Carry Verdoner (# 515) vermoord in Auschwitz en Robert Cohen (# 76) en Judith van Heeks (# 156) in Sobibor.

Amerikaanse kinderen

Daarnaast werden vanaf 20 september 1942 (waarschijnlijk 282) gijzelaars opgesloten in Kamp Amersfoort omdat vermoed werd dat zij de Amerikaanse nationaliteit bezaten. Onder hen bevonden zich ook enkele kinderen, zoals de zusjes Maryline en Jacqueline Johnson (resp. 16 en 15 jaar), de broertjes Lodewijk en Max de Beer (10 en 9 jaar) en als jongsten Betty Ziff (3 jaar) en de zusjes Toni en Annie Schrut (2 en 1 jaar).

Verzet

Enkele jongeren werden opgesloten in Kamp Amersfoort vanwege verzetsactiviteiten, zoals de toen zestienjarige Hans Gerritsen (# 8436). Op 19 april 2024 hield die een roerende toespraak bij de herdenking van de overdracht van Kamp Amersfoort aan het Rode Kruis. 

Hans Gerritsen

Ik werd door de wachtpost binnengelaten en gecommandeerd om een lange kooi van prikkeldraad in te lopen, de zogenaamde Rozentuin. Met verbijstering keek ik over de Appèlplaats waarover honderden gevangenen rond marcheerden, onder geschreeuw en met knuppels zwaaiende mannen. Enkele vermagerde gevangenen met kale koppen en wilde ogen kwamen naar de kooi, en vroegen mij wat te eten. Seconden later kwam een knuppelaar toegesneld, na een paar rake klappen was het probleem opgelost. Met angst en vreze dacht ik aan hetgeen me te wachten stond.

Scholieren

Een zeer merkwaardige groep jongeren was een groep van 52 scholieren die op 3 en 10 oktober 1942 naar Dessau werd gestuurd, naar de Junkers Flugzeug- und Motorenwerke. Via het Nederlandse Arbeidsfront (NAF) en de Nationale Jeugdstorm (NJS) werden vaker jongeren geworven voor opleidingen in Duitsland. In dit geval was sprake van een tweejarig leer-/werktraject in de techniek. Omdat dit vrijwel zeker kinderen uit NSB-gezinnen waren is onduidelijk waarom die onder gezag van Kamp Amersfoort zijn geadministreerd en getransporteerd: het is onmogelijk dat zij als gevangene, zonder enige verdenking van een misdrijf, zouden zijn opgesloten tussen ideologische vijanden van het nationaalsocialisme. Een rol voor Kamp Amersfoort als verzamel- of overnachtingsplek lijkt ook niet logisch. 

dwangarbeiders

De grootste groep personen jonger dan 21 jaar waren de dwangarbeiders voor de Arbeitseinsatz. Dat zijn er vele honderden geweest en sommige oudere medegevangenen spraken in brieven naar het thuisfront hun zorg uit voor de eigen kinderen.

jeugdige slachtoffers

Op 21 mei 1943 stierf de jongste gevangene van Kamp Amersfoort ooit in het St. Elisabethgasthuis, namelijk de Joodse Bertha de Paauw (# 342), aan voedingsstoornis en longontsteking – nog geen acht maanden oud. Op precies dezelfde dag en locatie werd de jongste gevangene ooit van Kamp Amersfoort geboren: Raymond Kesnig (# 574); na tien dagen moest zijn moeder Esther Kesnig-van Loggem (# 214) terugkeren in Kamp Amersfoort met medeneming van haar pasgeboren zoontje.

In Kamp Amersfoort zijn 45 personen jonger dan 21 jaar overleden tijdens hun gevangenschap door ziekte, bombardementen, ontbering of mishandeling. Zoals de toen 17-jarige landarbeider Cornelis Heslinga en de 18-jarige schoenmaker Cornelis Warmerdam en leerling-tuinman Paulus Jansen.

Maar er zijn ook (naar de toenmalige criteria) minderjarigen geëxecuteerd: als 18-jarigen de timmerman Hendrik van Dijk, student Ferdinand Rombout en ambtenaar Franciscus Rijper, als 19-jarigen de automonteur Cornelis Haije, scholier Nicolaas Waalewijn en student Folkert Elsinga, en als 20-jarigen de kantoorbediende Gerardus Elzinga, klerk Harm Teisman, postbezorger Andries de Vries en de werkzoekende Arien Gorter.  

Ga naar de inhoud